Stallen en weilanden zijn zo ingericht dat de dieren zich zo natuurlijk mogelijk kunnen gedragen. De dieren kunnen altijd naar buiten.
Gespeende biggen tot 35 kg |
0.6 m2 per dier |
|
Vleesvarkens en gelten tot 50 kg |
0.8 m2 per dier |
|
Vleesvarkens en gelten tot 85 kg |
1.1 m2 per dier |
|
Vleesvarkens en gelten tot 110 kg |
1.3 m2 per dier |
|
Vleesvarkens en gelten meer dan 110 kg |
1,5 m2 per dier |
|
Zogende zeugen met biggen tot 40 dagen oud |
7.5 m2 per dier |
|
Fokzeug |
2.5 m2 per dier |
|
Fokbeer |
6.0 m2 per dier |
Een trog of feeder waarin een varken niet kan liggen, moet worden afgetrokken van de beschikbare binnenruimte van het hok.
Verordening (EU) 2020/464