Mobiel menu trigger

Diervoeding schapen en geiten

U voert uw dieren biologisch voer. Minimaal 60% van het biologische voer komt van het eigen bedrijf of uit de EU. Met ingang van 1 januari 2024 gaat dit omhoog naar 70%.

Voer van percelen in het tweede jaar van omschakeling

Voer van percelen die langer dan 12 maanden in omschakeling zijn, mag u voeren aan biologische dieren. Denkt u hierbij om de volgende eisen:

  • Het rantsoen mag voor 100% uit omschakelingsvoer bestaan als al het voer van uw eigen bedrijf komt.
  • Het rantsoen mag voor maximaal 25% uit omschakelingsvoer bestaan als u voer aankoopt van percelen in het tweede omschakeljaar. Als u krachtvoer aankoopt waarin ‘in omschakelingsvoer’ is verwerkt, telt dat ook mee.

Voer van percelen in het eerste jaar van omschakeling

Percelen die minder dan 12 maanden in omschakeling zijn, mag u gebruiken om biologisch gehouden schapen en geiten te laten grazen. U mag het voer ook oogsten. Daarvoor gelden voorwaarden:

  • U mag de oogst alleen gebruiken voor het voeren van uw eigen dieren.
  • Maximaal 20% van het totale rantsoen mag uit dit eigen eerstejaars omschakelingsvoer bestaan.
  • U teelt op deze percelen in het eerste jaar van omschakeling:
    • Overblijvende gewassen zoals gras en luzerne;
    • Eiwithoudende gewassen zoals erwten, tuinbonen, veldbonen, kapucijners, schokkers en lupinen.

Voor de duidelijkheid: de regeling geldt dus niet voor mais. Als u op een perceel in het eerste jaar van omschakeling maïs teelt, mag u dat niet voeren aan uw biologisch gehouden dieren.

Juridische grondslag

Zie ook verordening (EU) 2018/848, Bijlage II, deel II, punt 1.2.1 en punt 1.4.3.1. b)

Ruwvoer

Het voer van uw dieren bestaat voor minimaal 60 % uit ruwvoer. Ruwvoer is een voedermiddel met een structuurwaarde ≥ 0,4 en een deeltjesgrootte (vezellengte) ≥ 0,8 cm. Kan vers of gedroogd zijn. Gedroogd ruwvoer heeft een drogestofgehalte ≥ 80%.

Toevoegingen en hulpstoffen bij het inkuilen

U mag bij het inkuilen toevoegingen en hulpstoffen gebruiken. De toegestane middelen staan in bijlage III, deel B onder 1e van Verordening 2021/1165.
Gebruikt u producten van agrarische afkomst zoals melasse, wei, suiker, suikerbietenpulp en meel van granen, dan zijn deze biologisch.

Moedermelk

De zoogperiode voor lammeren is minimaal 45 dagen. In deze periode krijgen de jonge dieren bij voorkeur moedermelk. Als dit niet kan, mag u biologische melkpoeder geven. Natuurlijke biest moet biologisch zijn.

Overige eisen aan biologisch voer

  • Diervoeders zijn GMO-vrij geproduceerd
  • Diervoeders bevatten geen antibiotica, medicijnen en groeibevorderaars
  • Melkpoeder bevat geen chemisch gesynthetiseerde of plantaardige ingrediënten
  • De niet-biologische ingrediënten, toevoegingsmiddelen en hulpstoffen staan op Bijlage III van de EU-Verordening Nr. 2021/1165.
Bezoekadres
Skal Biocontrole
Dr. Klinkertweg 28a
8025 BS Zwolle
Postadres
Skal Biocontrole
Postbus 384
8000 AJ Zwolle