U kiest voor sterke pluimveerassen die geschikt zijn voor de biologische landbouw. U versterkt de natuurlijke weerstand van uw dieren door goede voeding, verzorging en leefomstandigheden.
Als medicijnen nodig zijn, gebruikt u bij voorkeur natuurlijke en homeopathische middelen. De dierenarts mag besluiten om een regulier geneesmiddel of antibiotica voor te schrijven. Alle medicijnen die u gebruikt dienen een REG-NL nummer (regulier of fytotherapeutisch) of een REG-NL-H nummer (homeopathisch) te hebben. Als biologische dieren dergelijke middelen krijgen, verdubbelt de wachttijd die voor niet-biologische dieren geldt.
Preventief gebruik van reguliere geneesmiddelen en antibiotica mag niet.
U mag een dier binnen 12 maanden maximaal drie keer met een regulier medicijn behandelen.
Dieren die korter dan één jaar leven (bijvoorbeeld vleespluimvee), mag u maximaal één keer behandelen met reguliere geneesmiddelen.
Behandelingen tellen als volgt mee:
De volgende behandelingen tellen niet mee:
Voor een ziek dier dat onder behandeling van een dierenarts staat, heeft u een aparte ruimte. Deze ruimte voorzien van strooisel en een vaste vloer en is groot genoeg voor het dier om zich gemakkelijk te kunnen bewegen.
U mag het dier en de producten van dit dier niet als biologisch verkopen.
U registreert het gebruik van diergeneesmiddelen. Als biologisch veehouder heeft u een volledige en overzichtelijke registratie van diergeneesmiddelen. U registreert alle toegepaste behandelingen met diergeneesmiddelen. Daarbij registreert u:
U verdubbelt de wachttermijn van elk geneesmiddel en noteert dit. De minimale wachttermijn is 48 uur. Dit geldt ook voor een geneesmiddel waarvoor geen wachttermijn is bepaald. Deze 48 uur wachttermijn is alleen van toepassing op reguliere diergeneesmiddelen, en niet op homeopathische of fytotherapeutische diergeneesmiddelen.
U mag niet preventief hormonen gebruiken om de groei, productie, vruchtbaarheid of voortplanting te regelen. Alleen als een individueel dier ziek is, mag u hormonen als diergeneeskundige behandeling geven zodat het dier kan herstellen. U doet dit alleen op recept van de dierenarts.
U mag geen snavels kappen of toucheren.
Voor welke diergeneesmiddelen toegediend aan of gebruikt op het dier geldt de dubbele wachttijd en welke middelen tellen mee voor het maximaal aantal behandelingen?
Diergeneesmiddel |
Telt mee als behandeling |
Dubbele wachttijd |
Attest*/BBP |
|
Homeopathische middelen |
Nee |
Nee |
Nee |
|
Fytotherapeutische middelen |
Nee |
Nee |
Nee |
|
Reguliere (allopathische) diergeneesmiddelen, antibiotica |
Ja |
Ja |
Attest |
|
Pijnstillers |
Ja, behalve bij castratie en onthoornen |
Ja |
Attest |
|
Middelen tegen parasieten en vliegen |
Nee |
Ja. Dit geldt voor zowel antiparasitaire middelen met een RegNl-nummer als een N-nummer |
Nee |
|
Verplichte uitroeiingsregelingen |
Nee |
Ja als het een allopathisch middel is |
Attest |
|
Vaccin |
Nee |
Nee |
Attest of BBP |
|
Diergeneesmiddelen met stoffen die van nature voorkomen in het lichaam (bijv. vitamine of Ca-Mg-infuus) |
Nee |
Nee |
Attest of BBP |
|
Klauwverzorgingsproducten |
Nee, mits het middel niet gebruikt wordt als reinigings-, ontsmettings- of diergeneesmiddel. |
Nee, mits het middel niet gebruikt wordt als reinigings-, ontsmettings- of diergeneesmiddel. |
Nee |
|
Dipmiddelen spenen |
Nee |
Nee |
Nee |
|
Off-labelgebruik middelen/cascaderegeling |
Ja |
Ja |
Attest |
*attest kan bijvoorbeeld zijn in de vorm van een bezoekverslag of visitebrief van de dierenarts