In de oude Europese bio-verordening werden leghanen niet expliciet genoemd. De broertjes van de leghennen werden gecertificeerd onder de normen voor vleeskuikens. Recentelijk zijn de normen voor leghanen gelijkgetrokken met die voor opfokhennen en vastgelegd in de Skal-normen (R22). Leghanen kunnen nu ook conform deze normen gecertificeerd worden.
De nieuwe EU-normen wijken enigszins af van de Skal-normen die nog in 2021 gelden. De specifieke wijzigingen in de nieuwe verordening voor leghanen ten opzichte van de oude Skal-normen R22 zijn als volgt:
- Aantal dieren/m2. De norm voor het maximum aantal dieren per m2 binnenruimte is vervallen. Dit wordt maximaal 21 kg/m2 levend gewicht. Voor de buitenruimte blijft 1 m2 per dier gelden.
- Compartimentering. De scheiding tussen koppels dient als volgt plaats te vinden:
- Zitstokken of verhoogd zitniveau. Voor zitstokken, verhoogde zitniveaus of een combinatie van beide geldt: minimaal 10 cm zitstok per vogel of minimaal 100 cm2 verhoogd zitniveau per vogel. Voor het aanbrengen van zitstokken en/of verhoogde zitniveaus geldt een overgangsbepaling tot 1 januari 2025 in de situaties waarvoor vernieuwing van het dierenverblijf of een vervanging van de uitrusting nodig is om te voldoen aan deze eis, de pluimveestallen overeenkomstig de verordeningen (EG) 834/2007 en (EG) 889/2008 zijn gebouwd, heringericht of in gebruik zijn genomen vóór 1-1-2022 en het pluimveebedrijf of de productie-eenheid uiterlijk 31-12-2021 bij Skal aangesloten is.
Wetteksten:
Verordening EU 2020/464, Artikel 14 (Bijlage I, deel IV, punt 2), Artikel 15, lid 3d: specifieke eisen voor leghanen en artikel 15 lid 5
Verordening EU 2020/464, Artikel 13c: “leghaan”: mannelijke kip van leghenrassen die bestemd is voor de vleesproductie
Verordening EU 2020/464, Hoofdstuk VI – Overgangs- en slotbepalingen, Artikel 26 lid 4
Lees volledige wettekst